Het zichtbare versus het niet-zichtbare
Waarom telt in onze maatschappij pas iets écht mee als het zichtbaar is? Welke rol speelt een coming out daarbinnen? En dit in de breedste zin: als queer persoon, als non-binair persoon, als heks, als BIPOC et cetera? Ben je pas ziek als het te zien is? Pas van kleur als er pigment zichtbaar is? En wat is de rol van het onzichtbare (laten we het energetisch werk noemen) in kunst? Waarom roept dat zo vaak weerstand op terwijl andere (westerse) vormen van energetisch werk en ritueel dat niet doen?
Neske Beks en Louis van den Hengel wisselen veel kennis en ervaring uit over hoe taal vorm geeft en zichtbaar maakt (of onderdrukt) wat in hun beider werk en leven een grote plek inneemt. Zo werd Louis door de jaren heen haar belangrijkste meelezer en denker die haar telkens spiegelt vanuit diens academische kennis. En die haar scherp kan bevragen over het werkproces en de steeds belangrijker wordende integratie van trauma-werk en het onzichtbare in haar werk.
Het was van meet af aan Neske’s bedoeling om in plaats van een lezing systemisch werk te presenteren. De urgentie daartoe werd in de aanloop naar de avond groter door het besluit een werk (een boek/film/video-installatie/theater of een mengvorm, dat moet nog blijken) te maken met de (werk)titel Bezem, Broom, Escoba. Het is een persoonlijk onderzoek over stalking, emotioneel geweld en eigentijdse heksenjacht in Nederland, Spanje en België, de drie landen van Neske’s hart. Op 21 juni nodigt ze het publiek uit tot een dialoog hierover via een fysieke thema-opstelling rondom deze vaak in eenzaamheid beleefde, geleefde thema’s.