Het Fries is de tweede officiële “rijkstaal” in Nederland en een door Europese verdragen beschermde minderheidstaal. Met het Handvest voor minderheidstalen heeft Nederland zich verplicht om de Friese taal te beschermen en te bevorderen. De laatste decennia is er echter een verzwakking te zien van de frisistiek in Nederland. Alle zelfstandige universitaire opleidingen zijn verdwenen, op één na zijn alle leerstoelen opgeheven, studentenaantallen binnen het weinige onderwijs dat nog over is zijn klein en de financiering van dat onderwijs is dus problematisch. Een volwaardige bacheloropleiding brengt rust in het culturele, politieke en maatschappelijke veld en geeft zichtbare erkenning van de waarde van de Friese taal en cultuur.
Geen reservaat
De nieuwe bachelor moet duurzaam gefinancierd worden door het Rijk en geen ‘reservaat’ worden: het moet voor studenten van andere opleidingen ook mogelijk zijn om vakken binnen deze bachelor te volgen. De Rijksuniversiteit Groningen (RUG) ligt als standplaats voor de hand, maar de conclusies en aanbevelingen gelden in meer algemene zin voor vestiging van de opleiding aan welke universiteit dan ook. Het onderwijs kan waar mogelijk verrijkt worden vanuit de Fryske Akademy, vanuit de bijzondere leerstoelen aan de Universiteit Utrecht en de Universiteit van Amsterdam, en via samenwerking met de hogeschool NHL Stenden. Het Fries moet ook een plek krijgen in aansluitende masterprogramma’s.
Raad voor de Frisistiek
De samenwerking tussen de universiteiten, Fryske Akademy en NHL Stenden op het gebied van het frisistische onderwijs en onderzoek kan beter. De commissie pleit voor de inrichting van een niet-vrijblijvend overlegorgaan, een Raad voor de Frisistiek, waarin (vooralsnog) frisisten van de RUG, de Fryske Akademy, NHL Stenden en de leerstoelhouders aan UvA en UU vertegenwoordigd zijn. De KNAW heeft ook zorgen over het fundamentele onderzoek, dat aan universiteiten bijna is verdwenen en aan de Fryske Akademy onder druk staat. De commissie pleit ervoor dat financiers van de Fryske Akademy op zijn minst zorgen voor stabiliteit en indien mogelijk voor versterking.