De Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), KNAW, NWO, Universiteiten van Nederland (UNL) en alle veertien individuele universiteiten tekenen het Europese verdrag ‘Agreement on Reforming Research Assessment’.
De Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), KNAW, NWO, Universiteiten van Nederland (UNL) en alle veertien individuele universiteiten tekenen het Europese verdrag ‘Agreement on Reforming Research Assessment’.
In het verdrag staan afspraken over hoe onderzoeksresultaten te beoordelen zodat de kwaliteit en impact van het onderzoek groter worden, maar ook de integriteit wordt gegarandeerd. Daarbij is er in het verdrag expliciet aandacht voor het erkennen en waarderen van de verschillende taken van wetenschappelijk medewerkers. 350 organisaties uit meer dan veertig landen hebben interesse getoond om te gaan tekenen. Ook ZonMw heeft de intentie om te tekenen.
Het akkoord bevat principes en toezeggingen over wetenschappelijke integriteit, kwaliteit en impact, de diversiteit van wetenschappelijke activiteiten en samenwerking. Een van de uitgangspunten van het verdrag is dat onderzoek voornamelijk op kwalitatieve evaluatie beoordeeld moet worden, in plaats van op louter het aantal publicaties. Ook staat peer review centraal, ondersteund door een verantwoord gebruik van kwantitatieve indicatoren. De ondertekenaars verbinden zich aan de planning dat zij na een jaar met elkaar delen hoe zij werk maken van het verdrag, en dit na vijf jaar evalueren.
Veel van de gevraagde hervormingen zijn in Nederland al ingezet vanuit het programma Erkennen & Waarderen. Het is goed nieuws dat nu veel veranderingen ook buiten Nederland worden doorgevoerd. Wetenschap is immers bij uitstek een internationale bezigheid. Ondertekening beperkt zich niet alleen tot Europa. Met deze overeenkomst geven wetenschapsorganisaties uit de hele wereld aan dat het noodzakelijk is om de evaluatie van wetenschappelijk onderzoek en onderzoekers te hervormen. Daarmee zetten al deze organisaties stappen om de diversiteit van loopbanen in de academische wereld ook op een passende manier te beoordelen. Nu zijn wetenschappers zelf aan zet om deze overeenkomst te vertalen naar hun eigen werkomgeving, benoemingsadviescommissies en beoordelingscommissies.
De ondertekenaars zullen ook internationaal praktijken en ervaringen uitwisselen om van elkaar te kunnen leren. Deze uitwisseling moet bijdragen aan internationaal vergelijkbare beoordelingspraktijken. Dat zorgt voor meer gelijkwaardige carrièrekansen voor wetenschappers die internationaal actief zijn.