Max Birk (computerwetenschappen, TU Eindhoven)
Videogames slecht voor de mentale gezondheid? Daar denkt Max Birk anders over. Hij onderzoekt hoe het plezier en de motivatie achter het spelen van games, de mentale gezondheid juist kunnen verbeteren. Psychologie, computerwetenschappen en digitale gezondheid komen in zijn onderzoek samen. Gamen doe je omdat je het leuk vindt en niet omdat het moet, daarnaast voer je moeilijke opdrachten uit en leer je nieuwe vaardigheden. Dit geeft de gamer een gevoel van controle en trots. Naast de positieve effecten van respectvol game-ontwerp, kijkt Max ook welke ontwerpkeuzes juist schadelijk kunnen zijn. Dit gaat bijvoorbeeld om games die de speler ertoe aanzetten om iets te kopen, of waarin het beloningssysteem werkt als in een gokspel.
Jeroen Dera (Nederlandse letterkunde, Radboud Universiteit)
Wat kunnen we in tijden van ontlezing leren van jongeren die wél graag lezen? Literatuurwetenschapper Jeroen Dera analyseert de leescultuur van tieners en twintigers en onderzoekt daarbij hoe nieuwe fenomenen zoals BookTok en ‘online reading challenges’, gebruikt kunnen worden om het literatuuronderwijs op middelbare scholen te verstevigen. Binnen de universitaire wereld maakt hij zich hard voor de zichtbaarheid van onderwijsonderzoek in alle vakgebieden.
Felix Hol (biofysica, vectorbiologie, Radboudumc)
Muggen zijn extreem goed in het vinden en bijten van mensen en verspreiden op die manier verschillende ziektes. Maar hoe doen ze dat eigenlijk precies? Hoewel vrijwel iedereen ervaring heeft met de mug, is er verbazend weinig bekend over haar gedrag. Als biofysicus gebruikt Felix Hol verschillende perspectieven en technieken om de mug en haar interacties met parasieten en virussen beter te begrijpen. Felix onderzoekt vragen als: hoe bewegen malariaparasieten in de huid? Hoe proeft een mug? Veranderen virussen het gedrag van de mug? Antwoorden op zulke vragen dragen bij aan het terugdringen van de ziektes die muggen overdragen.
Björn Hoops (rechtsgeleerdheid, Rijksuniversiteit Groningen)
Björn Hoops onderzoekt welke juridische regels de energietransitie tegenwerken en hoe deze regels kunnen worden veranderd om het juist makkelijker te maken om energie te besparen of duurzaam op te wekken. Hij concentreert zich hierbij op isolering van gebouwen en de opwekking van groene energie, bijvoorbeeld met zonnepanelen op daken. Björn onderzoekt hoe burgers de energietransitie kunnen stimuleren door in groepsverband groene energie op te wekken, en hoe het privaatrecht hiervoor meer ruimte kan geven. Daarnaast verkent hij in hoeverre de overheid mensen kan dwingen om hun gebouwen te verduurzamen.
Eline van der Kruk (biomechanica, TU Delft)
Met meer dan 600 skeletspieren kunnen mensen zich theoretisch op talloze manieren voortbewegen. Toch bewegen we allemaal grotendeels hetzelfde en passen we onze bewegingen op dezelfde manier aan naarmate we ouder worden. Waarom doen we dit? Hoe sturen we onze spieren aan om optimaal te presteren in topsport? En waarom ontstaan er problemen met bewegen bij het ouder worden? Met computermodellen van het neurospierskeletstelsel simuleert, analyseert en optimaliseert Eline menselijke bewegingen. Daarnaast ontwerpt ze systemen die patiënten en atleten helpen geoptimaliseerde bewegingen aan te leren. In haar onderzoek is er specifieke aandacht voor de invloed van veroudering en de biomechanische verschillen tussen mannen en vrouwen.
Esther Metting (epidemiologie en psychologie, UMCG/ Rijksuniversiteit Groningen)
De toename van digitale zorg (e-health) kan zorgverlening efficiënter en goedkoper maken, maar mensen die minder digitaal vaardig zijn, dreigen hierdoor minder goede zorg te krijgen. Esther Metting werkt direct met deze mensen samen (in interviews, focusgroepen en observationeel onderzoek) om e-health te ontwerpen en te implementeren op een manier die aansluit bij de behoeften van gebruikers. Door digitale zorg toegankelijker en nuttiger te maken, wil ze digitale ongelijkheden in de zorg verkleinen en de impact van digitale zorginnovaties vergroten.
Vanessa LaPointe (celbiologie, Maastricht University)
Voor patiënten met chronische ziekten is celtherapie een baanbrekende vooruitgang in de gezondheidszorg. Hierbij worden levende cellen geïmplanteerd om weefsels te behandelen, waardoor het lichaam zichzelf kan herstellen. Celtherapie pakt daarmee de onderliggende oorzaak van de ziekte aan terwijl traditionele behandelingen voornamelijk gericht zijn op het beheersen van symptomen. Vanessa LaPointe is gespecialiseerd in celtherapie als behandeling van oogziekten die het zicht bedreigen, met name aandoeningen aan het hoornvlies en het oogoppervlak. Haar onderzoek beslaat het hele traject van laboratorium naar de patiënt: van nieuwe wetenschappelijke inzichten tot het ontwikkelen van innovatieve therapieën.
Petter Törnberg (computationele sociale wetenschappen, Universiteit van Amsterdam)
Kunnen we sociale mediaplatforms ontwikkelen die productieve politieke gesprekken bevorderen? Sociale media worden vaak in verband gebracht met polarisatie, maar Petter Törnberg onderzoekt juist hoe deze platforms een positieve invloed kunnen hebben op de maatschappij. Hij ontwikkelt kunstmatige sociale mediaplatforms waarin duizenden interactieve chatbots met elkaar communiceren. Zo kunnen onderzoekers testen hoe verschillende platformontwerpen politieke discussies beïnvloeden. Dit onderzoek helpt algoritmes te vinden die bijdragen aan positieve maatschappelijke uitkomsten, in plaats van polarisatie en radicalisering te versterken.
Lilly Verhagen (kindergeneeskunde, Radboudumc)
Kinderarts Lilly Verhagen onderzoekt het afweersysteem in de luchtwegen van kwetsbare kinderen wereldwijd. Door te ontrafelen hoe afweerstoffen in de luchtwegen werken, hoopt ze nieuwe behandelingen te ontwikkelen die kinderen sneller beter maken en antibioticagebruik verminderen. Zo kunnen we infecties van de luchtwegen mogelijk beter begrijpen door naar luchtwegmonsters zoals speeksel te kijken, dan door bloed te prikken − wat nu in ziekenhuizen gebruikelijk is. Lilly combineert patiëntenzorg met onderzoek in Nederland, Zuid-Afrika en het Caribisch gebied. Dankzij deze internationale samenwerkingen profiteren juist de meest kwetsbare groepen van dit onderzoek en krijgen jonge onderzoekers internationale kansen.
Mariëlle Wijermars (politieke wetenschappen, Maastricht University)
Mariëlle Wijermars onderzoekt hoe autoritaire staten, zoals Rusland, proberen om de online verspreiding van informatie te beïnvloeden en te beperken. Ze kijkt hierbij naar beleid, de rol van (inter)nationale platformbedrijven én technologische systemen in hun onderlinge samenhang. Waarom lukt het de ene autoritaire staat wél om sociale media te dwingen om berichten te censureren en de andere niet? En wat is de impact van ‘onzichtbare’ vormen van censuur, zoals het beïnvloeden van zoekresultaten over politieke onderwerpen?